G-N-C 2010

2 augustus Isla de Ometepe –
Managua – San José

In het pikkedonker stapten we om even voor 5 uur in de auto. Tijdens de
rit werd het langzaam lichter en toen we in Moyogalpa aankwamen was de dag echt
begonnen. Marlies reed de auto op de ferry en om 7 uur reden we weer richting
managua om de auto in te leveren en de bus te gaa nemen naar San José. We
kwamen op tijd aan en besloten nog even naar de Mercado Central te gaan. Een
gigantische markt voor locals waar echt alles te koop was, van bankstellen tot
televisies en van kleding tot verse vis. We voelden ons er niet helemaal veilig
maar besloten toch bij een klein kraampje te ontbijten met Gallo Pinto, ei,
banaan en kip. Erg lekker, maar ik zou niemand aanraden om echt goed te kijken
waar het eten bereid werd. De 3 meiden die met de kip, het vlees en de groente
bezig waren in de keuken die de keuringdienst van waren nooit overleefd zou
hebben, pakte de rauwe kip vast en daarna met ongewassen handen het andere
vlees en de groente. Maar lekker was het. Het water dat vanuit een grote emmer
in onze bekers werd gegoten hebben we echter maar laten staan; je kunt ook
teveel risico nemen. Daarna geld halen, de auto inleveren en met een taxi naar
Ticabus. Ruim op tijd. Om 12 uur vertrok de bus en 2 uur later waren we bij de
grens waar we binnen 15 minuten weer verder zouden gaan. Dat werd dus 1,5 uur.
We raakten aan de praat met een meisje van 20 uit Matagalpa die op weg was naar
Panama om daar werk te zoeken. Ze bleek getrouwd en moeder van een zoontje van
2 te zijn en had niet al te veel te missen tijdens de busreis. het zal ook niet
de leukste dag van haar leven zijn geweest om meer dan 24 uur reizen van je
kind af te gaan wonen met een onzekere toekomst. Aan de CostaRicaanse grens,
ongeveer 500 meter
verder mochten we vervolgens weer allemaal de bus uit en onze paspoorten laten
zien bij de immigratie. Daarna alle koffers uitladen en op een lange bank ter
controle geopend uitstallen. Waar dat allemaal voor nodig is mag joost weten
maar het kostte wel heel wat tijd. In totaal heeft het oversteken van de grens
van Nica en Tica ons ongeveer 2,5 uur gekost. Om kwart over tien bereikten we
eindelijk het busstation in San José waar na een paar telefoontjes de taxi van
het inderhaast gereserveerde hotel klaar stond om ons naar Vesuvio te brengen.
Binnen 10 minuten na aankomst hadden we daar een toer voor de volgende dag naar
een koffieFinca, vulkaan Poas en een natuurtuin geboekt en moesten weom kwart
over zes bij de receptie klaarstaan.

 

3 augustus           San José

Het busje met gids was op tijd en na een paar rondjes langs wat hotels
reden we met 18 deelnemers naar de Doca-koffieplantage. Door een prachtig gebied.
De gids praatte honderd uit waarbij hij moeiteloos van Engels in Spaans
overging en je af en toe niet meer wist naar welke taal je zat te luisteren.
Zoveel informatie in korte tijd heb ik nog zelden gehad. Daaraan merk je dat
toerisme in Costa Rica de belangrijkste inkomstenbron en exportproduct is
geworden. Professioneel en goed georganiseerd met daarbij heel erg veel oog
voor environment en sustainability. Ik moest dan ook steeds denken aan Rene die
vanuit Wageningen al jaren met duurzaam toerisme bezig is en ook diverse malen
in Costa Rica is geweest omdat dat een voorbeeld is voor heel veel andere
landen die het toerisme aan het ontwikkelen zijn. Een groot verschil met
Nicaragua waar de toeristen gezien worden als wandelende portemonnees die zo
snel mogelijk tot op de bodem geleegd moeten worden zonder oog te hebben voor
de toekomst of kwaliteit van het gebodene. De koffieplantage was interessant en
de koffie en het ontbijt heerlijk. Het tweede onderdeel was de Poas-vulkaan.
Met bijna 3000 meter
één va de hoogste van Costa Rica. Uit de krater kwam nog heel veel stoom;
gelukkig was het helder en was er veel te zien, dat zou zo kunnen veranderen
want niets is in CR zo veranderlijk als het weer. De laatste stop was het
natuurpark met vlindertuin en vogels, waar we ook een erg uitgebreide lunch
kregen. Een prachtig gebied met echte jungle voor zover ik er verstand van heb.
Het was een volle dag en de terugreis naar de stad was precies in het spitsuur,
dus deden we er wat langer over om terug te rijden dan om half zeven
vanochtend. We waren net in het hotel toen ik het sms-je van Janneke zag die al
in San José was aangekomen na een dag raften in Rio Pacuare. Ze kwam vanuit
haar hostel snel naar ons hotel en dat was een heerlijk weerzien met veel
verhalen. Roos was alweer naar Puerto Viejo; die zouden we de volgende dag
zien. Eten deden we aan het eind van de avond in het restaurant van ons hotel
waarna Janneke naar haar hostel ging.

 

4 augustus San José – Puerto Viejo

We deden het rustig aan, want vandaag zouden we om 16.00 uur de bus naar
Puerto Viejo nemen nadat Janneke haar zaken op de universiteit geregeld
had.  Na het ontbijt namen we een taxi
naar het Museo de Ninos waar ook de galeria Nacional was. Ze waren daar nog
flink bezig met het inrichten van een nieuwe expositie maar we konder daar
gewoon doorheen lopen en alles bekijken. In één zaal was een man bezig met een
powerpoint en dia presentatie voor een niet al te groot publiek. Nadat we even
stonden te luisteren en Marlies van een man een stoel aangeboden kreeg bleek
die man de kunstenaar te zijn van wie de expositie in deze zaal vandaag geopend
werd. Dat werd gevierd met veel fotografen, drankjes, hapjes en wat kadootjes
in een leuk tasje dat op de stoel stond waar marlies naar verwezen was een leuk
en onverwacht intermezzo. Daarna liepen we een flink stuk door de stad naar het
Museum voor moderne kunst (MADC) dat in een oude drankfabriek gevestigd is
samen met een helboel culturele instellingen zoals de nationale dansacademie.
Erg leuk, maar helaas was maar één zaal open omdat in de andere een nieuwe
expositiein gericht werd waar we dit keer niet mochten kijken. We liepen verder
door een leuk gedeelte van San José, dronken koffie in Cafe Arte y Gusto
(melden aan de Lonely Planet) en doordat we een beter beeld kregen van de stad
werd hij ook wat prettiger. Zeker toen we de winkelstraat bereikten en in een
zijstraatje een alleraardigst koffietentje (Café More) ontdekten met werkelijk
overheerlijke koffie en taart en een erg vriendelijke eigenares. De Mercado
Central was het einde van onze wandeltocht en toen terug naar ons hotel.
Janneke was snel klaar en we konden dus op tijd naar het busstation. De busreis
verliep voorspoedig en om ongeveer 8 uur waren we in PV waar we Roos gingen
ophalen en snel op weg gingen naar la Perla Negra waar ik voor ons vieren twee
kamers had gereserveerd. Het lag een beetje buiten het dorp maar zag er leuk
uit. Omdat het inmiddels toch al wel laat was geworden en we best wel trek
hadden gekregen gingen we snel naar het dorp waar we in een prachtig restaurant
de eerste mojito’s dronken en lekker aten.

Dit bericht werd geplaatst in Reizen. Bookmark de permalink .

Plaats een reactie